1836 Mei 03 Geestelijk genootschap tegen Godslasteringen

Geestelijk genootschap tot verdelging der Godslasteringen en de verwenschingen

Opgericht 3 mei 1936 door pastoor (rector) Janssen naar en Bulle van Paus Gregorius XVI 18-12-1835

(Kopie uit het begraafboek Broeksittard)

Voorschriften van het genootschap

1e Ieder deelgenoot neemt zich vastelijk voor van noch godslasteringen, noch verwenschingen uit te spreken.

2e Zij, die enig gezag over anderen hebben, gelijk de ouders, oversten van werklieden, enz. stellen vast te beletten, dat iemand hunner onderdanen godslasteringen of verwenschingen uitspreke.

3e Zij, die door eene broederlijke berispingen naar de regelen der voorzichtigheid gedaen, de godslasteringen en verwenschingen niet kunnen verhinderen, zullen ten minste met het hart zeggen: geloof zij jezus christus, gezegend zij de naam des Heeren.

4e Ieder deelgenoot zal ten minste een onze Vader en wees gegroet dagelijks bidden tot bereeringe der godslasteraars en van die , deswelke vervloekingen uitspreken.

5e Elken zondag zal een Priester in de kerk bidden vijf onze vaders en vijf wees gegroet met eer zij den Vader tot bekeeringe der zondaren en tot volharding der rechtvaardigen, onder door den Hoogwaardigsten Bisschop bepaalden oogenblik ( I ) ( I ) te zeggen, na de parochiemis of na de avondgebeden.

Aflaten dewelke de geloovigen van beide geslagten, aangenomen in dit geestelijk genootschap kunnen verkrijgen, toepasselijk aan de Zielen in het vagevuur en verleend door onzen Zeer Heiligen Vader den Paus Gregorius XVI den 3 april 1835.

I Eenen volle aflaat, ieder maand in de dagen den welke zij zullen Kiezen onder beding, dat zij dien dag vasten en kommuniceren, en dat zij gedurende eenen maand de, door de voorschriften van het genootschap bepaalde gebeden zullen gedaan hebben, en dat zij in eenen openbare kerk vurige gebeden aan den almogenden opdragen volgens de Meeninge van Zijne Heiligheid tot eendragt der kristene Prinsen, tot uitroeiing der ketterijen en tot verheffinge van onze Moeder de H. Kerk.

II Eenen vollen aflaat in den doodstond aanroepende den roepnaam des heeren met den mond of ten minsten met het hart, wanneer zij hetzelve met den mond niet kunnen

III Elken zondag eenen aflaat van driehondert dagen met te bidden de vijf onze vader, vijf wees gegroet en eer zij den vader, waarvan melding bij Art. 5 van de voorschriften van het genootschap.

IV Honderd dagen aflaat, met een goed werk of eenig gebed naar den geest en de voorschriften van het genootschap te doen.

Naamen der ingeschrevene

Laurentius Janssen
Florentina Bollerman
Josephus Schrijen
Gerardus Rijken
Hubertus Kolaris
Joannes Jacobus Emons
Joannes Heijnen
Christianus Schrijen
Wilhelmus Schinks
Michael Heijnen
Mathias Schrooten
Mathias Kolaris
Abraham Schmeitz
Joannes Wilh. Schrooten
Joannes Mathias Kamps
Hubertus Jetten
Joannes Schrooten
Henricus Claessen
Sebastianis Heijnen
Damasius Paulsen
Arnoldus Ehlen
Wijnandus Wilms
Henricus Korsten
Joan Joseph Palmen
Petrus Joseph Rijken
Maria Elisabeth Jetten
Sophia Schrijen
Gertrudis Heijnen
Joanna Maria Ladeur
Maria Cornelia Emons
Maria Christina Schrooten
Anna Gertrudis Schrooten
Maria Agnes Geurts
Maria Mechtildes Hermans
Maria Anna Schmeitz
Maria Gertrudeis Schmeitz
Maria Margaretha Reiners
Helena Paulsen
Maria Mecht. Schrijen
Godefridus Schmeitz
Reinerus Schmeitz
Andreas Schinks
Maria Elisabeth Paulsen
Maria Helena Claessen
Elisabeth Rijken
Elisabeth Schmeitz
Maria Barbara Rijken
Gertrudis Janssen
Gertrudis Elis. Reiners
Joannes Lambertus Dieteren
M. Elisabeth Broun
Josephus Burgers
Josephus Schings
Maria Agnes Kamps
Nicolaas Notermans
Joannes Paulssen
Petrus Mathias Schlosmacher
Maria Magdalena Giskens
Arnoldis Ehlen
Gertrudis Schmeitz
Maria Agnes Willems
Maria Catharina Heijnen
Maria Johanna Korsten
Maria Mechtidis Schrooten
Maria Sophia Paulssen
Maria Gertrudis Dieteren
Maria Helena Kamsp
Maria Mechtildis Roeèrs
Maria Josepha Colaris
M. Anna Barbara Tummers
Maria Gertrudis Colaris
Maria Gertrudis Herfs
Maria Elisabeth Ehlen
Maria Cath. van den Berg
Agnes Schmeitz
Sybilla Heijnen
Maria Catharina Claessen
Maria Josepha Erkens
Maria Elisabeth Herfs
Nicolaus Schings
Godefridus Schmeitz
Nicolaus Palmen
Mathias Wilms
Andreas Smeets
Gerardus Schrooten
Hubertus Dieteren
Joannes Mathias Ruiters
Leonardus van de Berg
Lambertus van de Linden
Maria Helena Schrijen
Maria Gertrudis Roeèrs
Maria Cornelia Hermans
Maria Elisabeth Schrijen
Maria Catharina Kamps
Maria Ida Hermans
Maria Agnes Rijken
Maria Elisabeth Notermans
Maria Elisabeth Ehlen
Maria Catharina Schroers
Anna Maria Tummers
Maria Helena Hermans
Joanna Gertruda Schrijen
Margareth Smolders
Maria Catharina Dreissen
Helena Palmen
Maria Elisabeth Reijnen
Bernardus Dunckel
Paulus Schrijen
Leonardus Philippen
Elisabeth Schrooten
Wilhelmus Breidenrath
Jacoba van den Weildde
Joannes Heijnen
Michael Emons
Mathias Ladeur
Wilhelmus Spaetgens
Maria Elisabeth Gieskens
Michael Emons
Maria Elisabeth Wilms
Maria Cornelia Notermans
Barbara Gielen
Margareth Gerats
Maria Janssen
Maria Gertrudis Rijken
Elisabeth Ehlen
Margareth Rijken
Antonius Dunckel
Joannes Claessen
Reinerus Schmeitz
Cath. Elisabeth Schmeitz
Sebastianus Schrijen
Maria Catharina Jetten
Maria Gertrudis Claessen
Maria Elisabeth Jetten
Petronella Quix
Joannes Mathias Jetten
Joannes Smolders
Petrus Claessen
Henricus Palmen
Maria Cath. Schoonhoven
Maria Catharina oosten
Petrus Rijken
Maria Catharina Schrijen
Maria Elis. Hochstenbach
Maria Agnes Zorn
Maria Gertrudis Dols
Josephus Palmen
Sebastianus Heijnen
Joanes Adamus Dieteren
Sebastianus Schrijen
Theodoruis Paulsen
Maria Josepha Dunckel
M. Gertrudis Maessen
Catharina Wilms
Maria Catharina Reiners
Maria Barbara Claessen
Maria Agnes Wilms
Maria Barbara Claessen
Cornelia Reubzaad
Gertrudis Philippen
Joannes Henricus Korsten
Nicolaus Korsten
Paulus Heijnen
Henricus Heijnen
Joannes Heijnen
Leonardus Dieteren
Mathias Heijnen
Petrus Joannes Erkens
Joannes Schmeitz
Mathias Heijnen
Mathias Reiners
Reinerus Schrooten
Wilhelmus Krijns
Sophia Emons
Hubertina Heijnen
Antonius Korsten
Henricus Gagel
Maria Agnes Heijnen
Maria Elisabeth Kamps
Joannnes Henricus Heijnen
Maria Mechtildis Claessen
Wlihelmus Hermans
Sebastianus Heijnen
Maria Catharina Ramaekers

Johann Reiner Schmeitz

Geboren als zoon van Johannes Schmeitz en Maria Helena Geijlen en gedoopt 27 mei 1793 te Wehr. (Wehr en Broeksittard waren toen één parochie met één pastoor). Reiner kon bij gebrek aan middelen zijn roeping niet volgen. Hij ging van 1812-1814 in militaire dienst in het leger van Napoleon. In 1819 begint hij toch aan zijn studie en op 13 december 1823 werd hij te Mechelen priester gewijd. Van 1823 tot 1825 was hij kapelaan te Stein, van 1825 tot 1826 coadjutor te Vaals, van 1826 tot 1835 pastoor te Vaals. In 1835 wordt hij benoemd tot deken van Heerlen. Daar overlijdt hij op 14 oktober 1839, getroffen door een beroerte, in de leeftijd van 46 jaar.

Op het gedachtenisprentje wordt een uitgebreide levensloop van de deken gegeven. Zo zou hij al op vroege leeftijd de wens te kennen hebben gegeven priester te willen worden. Echter de familie leefden in behoeftige omstandigheden en kon de studie niet bekostigen. In 1812 wordt Johan Reiner opgeroepen voor het leger en moet hij twee jaren dienen in het leger van Napoleon. Terug uit het leger blijkt zijn wens om priester te worden nog steeds aanwezig te zijn. In 1819, hij is dan al 26 jaar, begint hij aan de priesteropleiding in Mechelen (B) waar hij op 23 december 1823 tot priester wordt gewijd. Een opmerkelijke prestatie als men zijn gezinssituatie in ogenschouw neemt. De familie leeft duidelijk in armelijke omstandigheden. De vader is klompenmaker van beroep en van de negen geboren kinderen sterven er vijf op jonge leeftijd. En wat hebben die twee jaren in het Franse leger voor hem betekend? Hij moet toch een sterke drang naar het priesterschap hebben gehad.
Na zijn wijding in 1823 werd Johan Reiner benoemd tot kapelaan te Stein en reeds na twee jaren volgde zijn benoeming tot coadjutor (plaatsvervanger) te Vaals en in 1826 werd hij pastoor te Vaals. De kerk te Vaals was nauwelijks meer dan een bouwval en hij vatte het plan op een nieuwe kerk te bouwen. Dit werd gerealiseerd in 1833/1834. Het opmerkelijke van deze nieuwe kerk was dat zij haaks tegen de protestantse kerk werd gebouwd en beide kerken gezamenlijk gebruik maakten van de toren en de luidklokken. Deze kerk bleef in gebruik tot 1893 toen de huidige neo-gotische Pauluskerk in gebruik werd genomen. De oude Pauluskerk werd patronaatsgebouw en in 1966 gesloopt om plaats te maken voor het verkeer. Boven de ingang van de oude Pauluskerk werd een gevelsteen ingemetseld ter herinnering aan de bouwers. Deze steen (een timpaan) is bewaard gebleven en is ingemetseld in de muur rondom de parkeerplaats op de plaats waar ooit de kerk stond.

Chronogram in gevelsteen van de “oude” St. Pauluskerk te Vaals

Praesentibus
Domini Renero Schmeitz Pastore
Et
Baron Antonio de Pelzer Berensberg
Consule

hoC qUo parVa fUIt nUnC haeC spatIosIor aeDes
CathoLICIs tUrbIs aeDIfICata LoCo

De hoofdletters vormen, als Romeinse cijfers bij elkaar opgeteld, het getal/jaartal 1833;
het bouwjaar van de kerk.

In 1835 werd Johan Reiner benoemd tot pastoor-deken van Heerlen. Volgens het gedachtenisprentje vond Johan Reinerus dit helemaal niet leuk. Hij zou ’s nachts heimelijk uit Vaals vertrokken zijn om geen afscheid te hoeven nemen van zijn geliefde parochie!

In Heerlen aangekomen pakte hij de zaak meteen met veel energie aan. Zo begon hij al vlug aan een opknapbeurt van de Pancratiuskerk. Het priesterkoor werd in een nieuw jasje gestoken. In de wijk Heerlerheide richtte hij de zelfstandige Corneliusparochie op, omdat de bewoners bijna een uur gaans van de Pancratiuskerk vandaan woonden. Hij stemde in en gaf medewerking aan de bouw van een kerk die in 1839 in gebruik genomen werd. De eerste priester werd zijn dorpsgenoot Henricus Dominicus Reiners.

In dat zelfde jaar kwam de pastoor-deken te overlijden. Tijdens een visitatie (kerkinspectie) te Simpelveld op 14 oktober 1839 werd hij getroffen door een beroerte. Hij werd nog naar het huis van de koster gebracht waar hij enkele uren later overleed.

BROEKSITTARD

1836 Mei 03 Geestelijk genootschap tegen Godslasteringen

Geestelijk genootschap tot verdelging der Godslasteringen en de verwenschingen

Voorschriften van het genootschap

Naamen der ingeschrevene

Vergadering op Zaoterdig 4 Jannewari 1947

Vergadering van de Raod van Ellef op 11 jann. 47

Vergadering van de Raod van Ellef op12 Jannewari 47

Vergadering van de raod van Ellef op 15 Jan. 47

Geestelijk genootschap tot verdelging der Godslasteringen en de verwenschingen

Voorschriften van het genootschap

Naamen der ingeschrevene

Marius Frans Leopold Hubert Welters 1941 – 1942

Marie Joseph Peter Mathieu Corbeij 1934 – 1941

Johannes Hendrik Kamps 1912 – 1933

Jan Schrijen 1870 – 1912

Jan Hendrik Arnoldts 1858 – 1870

Joan Hendrik Kamps 1831 – 1858

Hendrik Heijnen 1819 – 1830

Gerard Wemans 1817 – 1818

Broeksittard

ECOSYSTEM

Vergadering op Zaoterdig 4 Jannewari 1947

Vergadering van de Raod van Ellef op 11 jann. 47

Vergadering van de Raod van Ellef op12 Jannewari 47

Vergadering van de raod van Ellef op 15 Jan. 47

Fredericus Inocentius Hochstenbach

Martinus Josephus Hochstenbach

Johannes Theodorus Paulssen

Jan Christiaan Delahaye

Johann Reiner Schmeitz

Henricus Dominicus Reiners

Johannes Petrus Michaël Emonds

Christiaan Schrijen

Johannes Leonardus Schrijen

Petrus Hugo Kamps

Nicolaas Jessen

Joannes Claessen

Antoon Hubert Dunckel (Eduard)

Pius Joseph Cremers (Zef)

Jan Leonard Kamps (Leo)

Johan Willem Kamps (Giel)

Mathijs Jozef Casper Willem Bours

Jozef Marie Colaris (Zef)

Pieter Joseph Frantzen (Giel)

Frans Willem Jozef Frantzen (Giel)

Frans Willem Ehlen (Frans)

Martin Schlosmacher

Jan Hendrik Schrijen (Harie)

Jacobus Josephus Fransciscus Bergh (Jean)

Petrus Gijssen

Arnold Kamps

Ludovic Martin (Maternus) Janssen

Fredericus Kamps

Joes (Johannes) Paulssen